• RECENTLY PUBLISHED

Annemarie Enters

~ PUBLISHING, WRITING, PIANO, PORCELAIN PAINTING, PHOTOGRAPHY

Annemarie Enters

Monthly Archives: March 2017

WEERZIEN IN CAÏRO, is het volgende project!

31 Friday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ Leave a comment

Een spannend boek dat zich grotendeels in Caïro afspeelt, waar de hoofdpersonen elkaar na een vliegtuigkaping, vier jaar later weer treffen. Door hun achtergrond, Tess is expert in het hacken en Niels werkt bij een geheime afdeling van de CIA, proberen ze de organisatie van de kapers klem te zetten…

Advertisement

DE CONTAINER is uit, ook in e-boek vorm

31 Friday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ Leave a comment

Eindelijk is dit verhaal, na ettelijke keren doorspitten en veranderen gepubliceerd. Ook weer door Annemarie Enters Publications. 

IK BEN NOG WEL EVEN BEZIG…

19 Sunday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ Leave a comment

Oudere manuscripten bijwerken en verbeteren… het kost tijd, maar deze hersenspinsels worden nu over niet al te lange tijd door mij uitgegeven. Hiermee wordt de lijst van Annemarie Enters Productions wordt steeds langer.

Nog even wachten op

DE CONTAINER, daarna volgt

WEERZIEN IN CAÏRO, een van de recentste boeken,

RAADSELS ROND HARALD,

WAAR IS TATJANA,

NEERGEKNALD,

IK BEN ER OOK NOG,

EEN DAGBOEK ALS ERFENIS,

DIAMANTENJACHT IN MOSKOU,

uiteraard volgt een derde bundel korte verhalen.

 

Op mijn website staat fragmenten van de meeste van deze boeken.

LAWINE

15 Wednesday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ 2 Comments

download

‘Caroline…?’
Ze hoorde een lichte aarzeling in zijn stem. Nieuwsgierig wat Geoffrey nu weer had, liep ze naar zijn kamer. Hij stond op het punt om met een dik dossier te vertrekken en keek haar nauwelijks aan. ‘Kan jij Alex onder je hoede nemen? Ik had hem beloofd om dit weekend met hem naar Verbier gaan, maar dat kan nu niet.’ Hij tikte op het dossier. ‘Kreeg net een uitnodiging voor een seminar.’
‘Geen probleem, je kunt op mij rekenen.’
Geoffrey bromde goedkeurend en hield zijn leren tas open. ‘Jij kunt hem vast overtuigen om iets met zijn leven te gaan doen. Ik regelde al een plaats op de universiteit en een repetitor voor zijn rechtenstudie.’
Ze knikte. ‘Kom je later?’
‘Ik zal het proberen.’ Voorzichtig liet hij het dossier in zijn tas glijden.
‘Is je zoon er al?’
‘Nog niet. Hij komt morgen vroeg in Genève aan. De jongen kan de trein naar Lausanne nemen. Als jij hem daar van het station kunt ophalen… Ik stuur hem wel een berichtje… je hebt toch die rode X3?’ Hij keek op zijn horloge en sloot zijn leren tas.
‘Je kunt op mij rekenen.’
‘Mooi, de kosten zijn uiteraard voor mijn rekening. Ga met Alex dineren bij La Grange en bel Alois.’
‘Uiteraard. Ga maar, ik zie dat je haast hebt.’
Ze keek hem na. Met haar 38 jaar, was ze 5 jaar geleden opgeklommen tot partner bij het grote advocatenkantoor in Lausanne waar Geoffrey de scepter zwaaide.
Veertien jaar geleden was ze bij zijn prestigieuze advocaten kantoor aangenomen. Katharina en Geoffrey waren toen nog bij elkaar. Ook toen ze hier pas werkte vroeg Geoffrey haar om af en toe op zijn kind te passen. Alex, het verlegen jongetje van 10 dat ze in een teruggetrokken puisterige puber had zien veranderen.
Toen Katharina een contract kon krijgen bij een balletgroep in Amerika, werd het een scheiding van tafel en bed. Geoffrey regelde het zo dat Alex met zijn moeder vertrok. Hij vond een kind maar lastig. Met een klein rekensommetje begreep ze dat de jongen nu 24 zou zijn.
Het was een van Geoffreys briljante ideeën geweest om het grote chalet in Verbier door de maatschap uit het faillissement van een klant te laten kopen. Eerst leek het haar niets om ook buiten kantooruren hier met collegae te zijn, maar de fantastische ligging en de mooie omgeving werkten positief en bovendien presteerde iedereen beter. Zij had geboft dat haar een van de zonnigste zit-slaapkamers in het grote chalet was toebedeeld.
Alois, de man die voor de vorige eigenaar de boel onderhield, was blij dat hij zijn baan had kunnen houden. Hij deed zijn werk uitstekend.
Ook in de zomer was het daar heerlijk toeven. Ze merkte dat ze echt bijkwam van de zware werkdruk. Het binnenzwembad werd het hele jaar door verwarmd, de keuken was praktisch en als iemand een partij wilde geven, stond de kok van Chalet d’Adrien klaar om te cateren.
Ze had er de pest in dat ze haar vrije weekend moest opofferen om zich over dat joch te gaan ontfermen, maar niemand, zelfs de oudere partners, haalde het in hun hoofd om Geoffreys eisen niet te eerbiedigen. In haar agenda stond voor die zaterdag alleen een kappersafspraak. Ze belde de kapper af, telefoneerde met Alois en zocht de vlucht uit New York op. Het toestel werd om zes uur ’s-morgens verwacht. Zonder vertraging, kon Alex de trein van zeven uur nemen en kwart voor acht in Lausanne zijn.
Ze sloot haar design bureau af, pakte haar tas en liep naar haar auto.

In haar ruime nog maar half ingerichte appartement zocht ze haar skikleren bij elkaar.
Op haar telefoon hoorde ze een piepje. Robert, haar buurman. Ze bekeek het bericht ga je morgen mee naar het concert? Ik kon nog net plaatsen bemachtigen, ook voor het souper.
Ze gromde zacht. Even flitste de gedachte door haar hoofd om Alex te laten stikken. Blijkbaar was hij nog steeds een watje, maar beloofd was beloofd.
Ze belde bij Robert aan.
Hij deed open en omhelsde haar. ‘Caroline, ik zond je net een berichtje… aan jouw gezicht te zien…’
‘Ik baal hiervan Robert… zou dolgraag gaan… dat weet je… het werk…’
‘Heb jij je weer door die ouwe laten lijmen?’
Ze knikte. ‘Nu zijn vrouw dood is wil hij de goede vader gaan spelen. Ik moet zijn zoontje opvangen en bezighouden tot hij komt.’
‘In Verbier?’
Ze knikte en pakte het glas aan dat Robert voor haar had ingeschonken.
‘Kan je daar niet onderuit?’
Ze keek haar elegante buurman aan en kneep haar lippen samen. ‘Hij bepaalt de bonus. Dit dure appartement en de nieuwe auto die ik net kocht… Ach, ik zit nu eenmaal in dit schuitje.’
‘Tja…’
‘Zo erg is het ook weer niet en ik hou van mijn werk. Kan je iemand anders meenemen… zonde om dit te laten lopen. Luister voor mij. Ik ga maar weer. Nog even pakken en morgen vroeg op, want ik moet die knul ook nog ophalen van het station.’
Robert liep met haar mee naar de deur. ‘Sterkte met je oppas-job.’
Ze trok een gezicht en liep naar haar eigen bedoening.
In haar ijskast lag nog een stuk quiche, prima om dit vanavond te eten. Morgen kon ze zich als oppas laten verwennen door de kookkunst van Jeremy, de kok van La Grange.
Ze zette de wekker, al wist ze dat haar persoonlijke klok nog steeds prima werkte.

Na een glas sinaasappelsap en een plak cake, pakte ze haar bagage op. Met de lift was ze zo in de garage. Op haar horloge zag ze dat ze alle tijd had om naar het station te rijden. Ze vond een strategische plek voor de uitgang van het station, al kon ze daar niet echt parkeren, dus bleef ze zitten. In het tegenlicht was het moeilijk om een jongeman met ski’s tussen de stroom passagiers die het station uitliepen te ontdekken.
Een tikje tegen haar raam deed haar omkijken. Een lange knappe man stond bij het rechterportier van haar auto. Haar wenkbrauwen schoten omhoog. ‘Alex?’
Hij knikte en ze ontgrendelde de deur.
‘Caroline… hallo… mijn vader meldde al dat jij een rode BMW hebt. Fijn dat ik mee kan rijden. Kan de achterklep open?’
‘Zeker… ik druk even op de knop. Goede reis gehad?’
Hij knikte. Ze zag in haar achteruitkijkspiegel dat de ski’s schuin net in de achterbak pasten. ‘Zo, die liggen. Nu nog even mijn reistas. Sluit dat ding maar… of wil je dat ik op die knop druk?’
De klep sloot zacht zoevend en hij stapte naast haar in. Ze reed meteen weg, want er stond een ongeduldige automobilist achter haar. Met alle aandacht voor het verkeer ging ze de grote weg op.
Alex leunde achterover. ‘Ik ben erg benieuwd naar het chalet. Hoorde dat dit van een of andere filmster is geweest. Is het erg kitschachtig?’
‘Nee, gelukkig niet… de kerel heeft de inrichting door een binnenhuisarchitect laten doen. Geen gouden kranen en zo.’
Ze moest remmen voor een vrachtauto en keek opzij. Alex had de veiligheidsriem net vastgemaakt.
‘Was het ontbijt in het vliegtuig voldoende? We kunnen stoppen bij de Mövenpick om een hapje te nemen… is hier vlakbij.’
‘Hoe lang is het nog rijden?’
‘Ongeveer anderhalf uur.’
‘Stop dan maar… heb jij al ontbeten?’
‘Nauwelijks. Hou je vast. Het is hier… ik maak een scherpe bocht.’
Ze parkeerde de auto en stapte uit.
Alex volgde haar, geeuwde en rekte zich uit.
Ze wees naar een tafeltje aan het raam. ‘Kom, ik zie daar een mooi plaatsje.’
Hij hield keurig de restaurantdeur voor haar open.
Caroline ging zitten en pakte de kaart. ‘Nog gecondoleerd met het verlies van je moeder.’
‘Dank je Caroline… vader wil dat ik weer in Zwitserland ga wonen.’
‘En jij?’
‘Ach, ik moest haar flat in New York toch uit.’
Hij pakte de kaart en knikte naar de serveerster die bij hun tafeltje stond.
‘Twee keer ontbijt zeker?’ vroeg het meisje.
‘Graag juffrouw.’
Ze keek hem vragend aan. ‘Thee?’
‘Nee, voor mij koffie.’
Caroline knikte. ‘Straks wil ik een espresso als ik de croissant op heb.’
Het meisje liep weg en ze zag dat Alex haar verstrooid na keek.
Hij was een mooie man geworden, zich niet bewust van zijn aantrekkingskracht. In zijn gezicht herkende ze trekken van zijn moeder. Qua figuur, zou hij een danser kunnen zijn.
Een mandje met 4 croissants werd al voor hen neergezet.
‘Alex, ik heb genoeg aan één. Neem jij die van mij maar.’
‘Meen je dat?’
‘Natuurlijk. Ik heb je vader beloofd om goed voor jou te zorgen. We eten vanavond bij La Grange, een begrip in Verbier. Ik neem aan dat jij niet alleen maar Hamburgers eet.’
Hij grinnikte. ‘Spaar me… moeder was erg verwend.’
‘Jij ook?’
‘Nee, klinkt misschien gek, maar van mij hoeft poespas niet zo. Natuurlijk eet ik mijn bord leeg als ik in een top restaurant ben.’
‘Jij geeft meer om geestelijk voer?’
‘Zo zou je het kunnen noemen. Mijn overgrootvader schreef ook.’
‘Dat ook…, slaat dat op schrijfambities? Handig in de advocatuur.’
‘Spaar me de advocatuur, jammer voor mijn vader… ik vind dat beroep niet creatief genoeg.’
‘Ik kan jouw vader niet oncreatief noemen… toen hij besloot om dit chalet te kopen…’
‘Iedereen kijkt tegen hem op.’
Ze zag een diepe rimpel op zijn voorhoofd komen. Hij ademde zwaar en keek haar toen aan. ‘Mijn moeder koos voor een eigen carrière.’
‘Daar kan ik helemaal inkomen, maar dan moet je wel een speciaal talent hebben.’
Alex dronk zijn koffie en schoof zijn bord van zich af. ‘Zo ik ben wakker, wil jij die espresso nu hebben?’
‘Graag, heb jij genoeg gegeten?’
‘Net wat ik nodig had Caroline. Je zorgt prima voor mij.’
Alex hield zijn hand op en wees naar zijn lege espresso kop. Hij stak twee vingers op.
Caroline zocht haar portemonnee.
Alex keek schaapachtig. ‘Sorry, ik heb alleen maar dollars. Het is niet mijn gewoonte om een vrouw te laten betalen.’
Ze stond op. ‘Dit is op verzoek van je vader… puur een zakelijk uitje.’
Ze rekende af en stopte de nota in een speciaal vakje in haar tas.
Zwijgend liepen ze naar de auto.
Alex doezelde af en toe een beetje weg, maar hij was klaar wakker toen ze over het onregelmatige pad naar het chalet reed.
‘Wow,’ riep hij toen ze voor het grote chalet stopte.
Alois kwam aanlopen, met een donkergroen voorschoot om. ‘Welkom mijnheer Alex, mevrouw Caroline, fijn dat u er weer bent. Ik bekommer mij over de bagage. Mijnheer Alex krijgt de gasten suite.’
‘Toe maar… een suite…’
‘Zo groot is die niet hoor, maar we noemen hem zo. Wat wil je… een warm bad… meteen skiën… je zegt het maar.’
‘Ik wil dit chalet eerst eens bekijken… mag ik jouw kamer ook zien? Deze architectuur… prachtig… zeker nauwelijks een spijker aan te pas gekomen.’
‘Dat zou ik niet weten, volgens mij is dit het mooiste chalet in Verbier. Kijk rustig rond. Mijn kamer is hier boven de ingang, met dat balkon. Eerste etage, kan niet missen… nummer 7. Alois zet je ski’s al weg.’
Caroline pakte haar beautycase en liep naar boven. In haar kamer opende ze de deur naar haar balkon. Ze rekte zich uit en snoof de frisse lucht op. Door de stralende zon leek de sneeuw bezaaid met diamanten. Ze keek naar de ring die ze altijd droeg, nog van haar moeder geweest. Veel mannen dachten dat dit haar trouwring was, maar voor een partner had ze geen tijd. Het was goed zo, wist ze. Wel voelde ze het gemis van een sterke schouder. Met Robert kon ze het prima vinden, al ging zijn seksuele voorkeur naar mannen uit.
Ze hoorde het klopje van Alex.
‘Kom binnen, ik bewonder net het uitzicht… hier krijg je nooit genoeg van.’
Hij kwam naast haar staan en sloeg zijn armen over elkaar. ‘Om stil van te worden… of om hier een thriller te schrijven…’
Ze draaide zich om en vroeg zich af of hij een grapje maakte, maar hij keek heel ernstig.
Hij draaide zich om, leunde met zijn billen tegen de balustrade. ‘Ik meen het… hier zou ik best een tijd willen wonen om een boek te kunnen schrijven… geen afleiding…’
‘In Verbier is afleiding genoeg… te veel zelfs.’
‘Nee, ik zou het pand niet willen verlaten… maar dat is geen optie. Ik kan niet van vader verwachten dat hij mij gaat onderhouden.’
‘Ik neem aan dat jij je erfdeel van je moeder…’
Hij hield zijn hand op. ‘Moeder had rijke vrienden… ik erf niets… die balletschool… slurpte geld. Ach, ze was er gelukkig mee.’
Caroline ging op de houten bank zitten. Een brutaal roodborstje hipte op de rand van de balustrade.
Beiden draaiden hun gezicht naar het diertje dat hen olijk aankeek.
‘Een roodborstje… betekent een strenge winter. Mijn moeder zei dat altijd. Meestal komt dat ook uit. Zeg, hou jij van skiën?’
‘Jawel. Met dit prachtige weer… ga jij ook?’
‘Daar had ik al op gerekend. Mijn ski’s staan hier.’ Ze keek op haar sportieve Hermes horloge. ‘Als we opschieten kunnen we met de lift naar boven, daar buiten lunchen en dan naar het chalet afdalen. Hier is ook een binnenzwembad… even een uurtje plat en daarna met de sneeuwscooter naar La Grange. Lijkt je dat wat?’
Hij gaf haar een high five.
‘Oké Alex, naar je kamer, dan hijs ik mij in de skikleren.’

Alex stond al buiten op zijn ski’s, toen ze beneden kwam. Alois reikte haar ski’s aan. ‘Veel plezier u beiden… kan ik nog iets voor u doen?’
‘Zijn er croissants voor het ontbijt?’
‘De ijskast is gevuld mevrouw Caroline.’
‘Fijn, dank je Alois. Alex, pas op dat jij je hoofd niet stoot aan die ijspegels. Die kunnen dodelijk zijn… iets voor je boek…’
Hij reageerde niet op haar opmerking, maar keek haar even aan. ‘Je bent toch partner hè?’
‘Ja, dat is wel de voorwaarde om een aandeel in dit chalet te hebben.’ Ze deed haar ski’s aan en wees richting lift station. ‘Kijk, je moet daar heen, een klein stukje. Ski maar achter mij aan, dan komen we in de juiste rij.’
‘Prima.’
In de liftkooi stonden ze dicht tegen elkaar. ‘Ja, het is nu druk… iedereen wil boven lunchen… Alois heeft al een tafeltje besproken.’
‘Ik word hier in de watten gelegd.’
‘Iets op tegen?’
Caroline volgde de meute uit de lift. Ze tikte Alex op zijn schouder toen hij zijn ski’s wilde aandoen. ‘Beter om te lopen. Het is maar een klein stukje.’ Ze wees naar de grote houten vlonder waar gedekte tafeltjes en banken keurig in het gelid stonden. Er zaten al een paar mensen achter de wijn.
Patrice groette haar, maakte een veelbetekenend gebaar toen hij Alex zag en wees naar een tafeltje, waarna hij iets van welkom tegen Alex bromde.
‘Wat kan je ons vandaag aanbevelen Patrice?’
‘We hebben raclette…’
Ze keek Alex vragend aan.
Hij knikte al. ‘Heerlijk, jaren niet gegeten.’
‘Goed, Patrice twee maal en een karafje witte wijn uit de Valais, plus een fles water. Wat heb je toe?’
‘Vacherin…’
‘Hm, zalig.’
Ze reikte Alex een tube aan. ‘Hier, smeer je gezicht in…’ Ze pakte een handspiegeltje uit haar zak en hield dit hem voor. Aan zijn gezicht zag ze dat hij dit bemoederen maar niets vond.
‘Doe het maar, de zon is hier fel, anders ben je vanavond een gekookte kreeft.’
Patrice had dit gehoord en knikte. ‘Mevrouw heeft gelijk, ook ik smeer mij in.’
‘Ik doe het al….’
Ze bekeek zijn knappe gezicht. Zijn donkere haar was prima geknipt. Hij had mooie handen met slanke vingers.
Hij gaf de tube terug met een gebaar of het zo goed was.
De wijn werd al gebracht. Ze wilde inschenken, maar Alex was haar voor.
‘Dat is mannenwerk.’
Ze leunde achterover en sloot even haar ogen. Mooie stem had hij ook. Jammer dat hij 14 jaar jonger was. Ze gniffelde even.
‘Binnenpretje?’
‘Ja, Patrice denkt dat jij mijn nieuwste verovering bent.’
‘Nou, waarom niet? Ik ben geen kind meer.’
Ze voelde dat ze bloosde. Snel rechtte ze haar rug. ‘Right… hier komt de raclette… zeg maar hoeveel porties jij wilt hebben.’
Caroline bediende zich van het Bünderfleisch en schoof het schaaltje met augurkjes en uitjes richting Alex. Ze knikte goedkeurend naar de sla die Patrice had neergezet.
‘En… lekker? Dit vult hoor… met die kou kunnen we dit best gebruiken.’
Ze pakte een gepofte aardappel uit het folie, sneed deze open en deed hier een klodder zure room op. ‘Dat ski ik er straks wel weer af.’
De bordjes werden al weer bijgevuld.
‘Nu heb ik echt genoeg. Alex. Ik heb nog recht op twee porties… als jij…’
Hij keek haar enthousiast aan.
Onzeker door die mooie ogen, schraapte ze haar keel. ‘Ik hou liever een plaatsje over voor het ijs. Wil jij daarna ook nog een heerlijke kop warme chocola?’
Patrice kwam vragen of alles naar wens was.
Alex keek op. ‘Heerlijk, ik heb dit jaren niet gegeten.’
‘Patrice, ik wil afrekenen, mag ik de nota?’
Patrice keek of hij het niet helemaal begreep, maar hij knikte en pakte zijn opschrijfboekje. Ze betaalde contant.
‘Dank je Patrice, dat was echt heerlijk. Kom we gaan.’
Ze stonden beiden op. Alex liep achter haar aan. Beiden pakten hun ski’s.
Een paar meter verder wees ze naar het dal legde de ski’s op de sneeuw en stapte op de bindung. ‘Je moet mij volgen. Je kent het hier niet.’
Ze trok haar handschoenen aan en keek naar de lucht die plotseling aan het veranderen was.
Uit haar ooghoek zag ze Patrice bezorgd kijken. Andere gasten liepen al naar de lift. Ze hoorde kreten als: met dit weer ga ik niet op de latten.
Ze stootte Alex aan. ‘Hoorde je wat ik zei?’
Hij keek met samengeperste lippen recht voor zich uit en stoof plotseling weg.
‘Alex, wacht. Je…’
Hij reageerde niet op haar geroep. Vlug deed ze haar handschoenen aan en volgde zijn spoor.
Ze siste zacht toen hij de zwarte piste nam.
Plotseling begon het hard te waaien. Een moment later werd haar gezicht bekogeld door zware hagelkorrels. Alex was niet meer te zien. Verder skiën naar het chalet leek haar het beste. Ze raakte gedesoriënteerd. Bijna verloor ze haar evenwicht toen ze de sneeuw van haar bril veegde. Als Alex iets zou overkomen…
De hagel veranderde in een sneeuwstorm. Nergens was een plek om te schuilen. Sporen van andere skiërs waren onzichtbaar geworden. Ze kwam bij de bosrand. Ook hier was de grond volkomen onder de nieuwe sneeuwlaag bedekt. Als ze het bos links liet liggen, kon ze het chalet nauwelijks missen.
De koude wind drong door tot haar botten. De lift nemen zou een betere optie geweest zijn. Dat die knul haar genegeerd had… Hij had haar bedil maar niets gevonden… een doetje was hij beslist niet meer. Allerlei scenario’s van een dode ondergesneeuwde Alex passeerden haar gedachten. Ze botste tegen iets op en viel. Met haar hand zocht ze de plek af. Het was een grote steen. Ze zuchtte opgelucht dat het geen lichaam was. Haar linker schouder deed flink pijn. Met moeite viste ze haar iPhone uit haar zak. Geen bereik zag ze. Het noodnummer bellen vond ze overdreven. Liggen blijven was geen optie. Voorzichtig bewoog ze haar armen en benen. Gelukkig niets gebroken, al was er iets mis met haar linkerschouder.
Steunend op haar rechter arm stond ze op en begon langzaam aan de afdaling. Ze haalde opgelucht adem toen ze de schuilhut zag. De deur stond op een kier. Ze deed haar ski’s af en gluurde naar binnen. ‘Is daar iemand?’
‘Ik ben het.’
‘Wie is ik?’
‘Alex. Herken mijn stem niet Caroline? Dat valt mij van je tegen.’
Ze zag hem rustig zitten met een opengeritst jack. Hij had een paar takken in de haard gelegd en begon die aan te steken.
‘Verdomme, ik heb mij ongerust gemaakt… je vader vermoordt mij als ik niet goed op jou pas… waarom luisterde jij niet en ging je gewoon weg?’
Alex reageerde niet. Hij hield zich met het vuur bezit. Toen het hout vlam vatte stond hij op en sloot de deur. ‘Laten we de kou maar buiten houden. Ik ben geen watje hoor. Wat is er met je schouder? Laat eens kijken?’
‘Gevallen, doet verrekte pijn.’
Ze schudde hem van zich af en ging zitten.
‘In Canada heb ik in een blizzard geskied… je wordt onderkoeld als je door gaat. Ik had een kaartje van Alois gekregen… wist dat die schuilhut hier was.’
‘Verdorie, waarom zei je dat niet.’
‘Aan jou hoef ik geen verantwoording af te leggen. Ik ben geen kind meer.’
‘Stik dan maar… ik had helemaal geen zin om jou onder mijn hoede te moeten nemen… liet daarvoor een prachtig concert schieten… je vader…’
Met gebalde vuisten liep ze naar de deur.
Hij trok haar achteruit. ‘Hier.’ Hij hield haar een glas rum voor.
Ze duwde het glas weg. ‘Liever iets warms.’
‘Komt er zo aan mevrouw…’ Zijn stem klonk gepikeerd.
‘Sorry, ik was ook zo ongerust…’
‘Dat is edel van je. Ik kan mij niet meer herinneren dat iemand de afgelopen jaren om mij gaf. Puisterige puber… blok aan het been van mijn moeder… vader vond mij maar lastig.’
Ze hoorde de wrok in zijn stem.
‘Een puisterige puber ben je al lang niet meer.’
Hij lachte schamper en pakte de ijzeren veldfles met een tang uit het vuur.
‘Zo, dit zal nu wel warm genoeg zijn. Mag ik naast je komen zitten, dan houden we elkaar een beetje warm.’
‘Goed hoor.’
Ze keek hoe hij twee ijzeren mokken met theezakjes pakte en het hete water daar voorzichtig in goot. Hij kieperde het glas rum in één mok en overhandigde haar het drankje.
‘Dank je.’
Met kleine teugjes voelde ze de warmte in haar lichaam terugkomen.
‘Neem jij niet?’
‘Meer was er niet…’
Ze gaf hem haar mok. ‘Ik hoef het niet allemaal. Hier, neem jij de rest.’
Hij pakte de mok aan en ze zag dat hij weer kleur op zijn gezicht kreeg.
‘Caroline… laten we dit weekend niet vergallen door verwijten. Oké, ik heb mij kinderachtig gedragen door ineens weg te skiën.’
Ze keek hem aan en zag een lachrimpel bij zijn ogen.
Plotseling begon ze hard te lachen.
Hij keek haar verbaasd aan, maar begon toen mee te lachen.
‘Goede vrienden?’
‘Ja, Alex, goede vrienden. Hoe staat het met de sneeuw?’
Hij stond op en opende de deur op een kier.
‘Shit, er is zeker 20 centimeter bijgekomen.’
‘Heb jij bereik met je telefoon?’
Hij zocht in zijn zakken.
‘Toch niet vergeten hoop ik?’
‘Hou nou eens op ja? Alois waarschuwde mij al voor een eventuele sneeuwstorm…’
‘Dus jij wist dit?’
Hij knikte. ‘Maar ik dacht dat het niet zo’n vaart zou lopen.’
‘Dus…’
‘Maak je niet ongerust. Als we om 7 uur nog niet in het chalet zijn stuurt hij vast hulptroepen. Wanneer die er niet door kunnen, moeten we hier samen overnachten.’
‘Hm, ik…’
Hij schoof dichter naar haar. Ze sloot even haar ogen. ‘Heb je al gekeken of er iets eetbaars is?’
‘Blikvoer… bünderfleisch… water…’
‘Dat wordt een feestmaal.’
‘Met jou als gezelschap kan La Grange hier vast niet aan tippen.’
Ze gaf hem een por. ‘Nu we hier toch zitten, vertel eens iets over jezelf…’
Alex begon aarzelend, maar raakte gauw op dreef. Hij vertelde over het boek dat hij geschreven had. ‘De uitgever reageerde enthousiast, maar ik heb nog geen contract…’
‘Waarover schreef je? Of mag ik dat niet weten?’
Hij stond plotseling op. ‘Ik hoor iets… zijn hier wolven?’
‘Kan mij niet voorstellen… de deur…’
Alex keek door een kier naar buiten en begon hard te lachen. ‘De wolf… dat geluid… Alois staat hier met een grote sneeuwschuiver. Kom, even het vuur doven en opruimen. Ga jij maar vast. Ik neem je ski’s wel mee.’

Het was acht uur toen ze na een warm bad bij La Grange aankwamen.
‘Mijn vader heeft net gebeld.’ Hij keek haar ernstig aan.
‘Alles goed met hem?’
‘Hij komt niet en vroeg of jij goed voor mij zorgde.’
‘Zo, zo. Vertelde jij hem over de sneeuwstorm?’
‘Daarover had hij al op internet gelezen. Het schijnt dat er 20 mensen zijn omgekomen.’
‘Waaat?’
‘Maar goed dat we die lift niet hebben genomen…’
‘Is die cabine…?’
Hij knikte.
Jeremy stond al bij hun tafel. Zijn gezicht miste de eeuwige glimlach. ‘U hebt geboft hoorde ik van Patrice… door de sneeuw hebben we het menu moeten aanpassen. Ik stel voor…’
Caroline maakte een handgebaar. ‘Alles is goed Jeremy.’
Jeremy vertrok met een ernstig gezicht.
Even later kwam hij terug met een fles wijn en zette deze met een klap op de tafel. Ze vroeg niets, maar vermoedde dat een goede vriend of vriendin van hem zojuist was omgekomen.
Hij ontkurkte de fles, rook even aan de kurk en schonk beiden in.
‘Sterkte,’ zei Caroline zacht, waarna Jeremy met samengeperste lippen knikte.
Alex hief het glas. ‘Laten we op de goede afloop drinken.’
Ze knikte. Zijn blik maakte haar onzeker.
Ze keek naar buiten. ‘Het blijft maar sneeuwen… Als dat zo doorgaat…’
Hij stond op.
Ze zag hem met Jeremy smoezen.
‘Iets geregeld?’
‘Ja, we kunnen desnoods hier slapen.’
Hij zat net, toen de elektriciteit uitviel.
Ze rook de geur van dieselolie en hoorde het geratel van het startende noodaggregaat.
Jeremy stond al voor hun tafeltje. ‘Met de stroomuitval, duurt het eten iets langer… ‘
Ze hoorde een harde knal. ‘Verdomme ook nog een lawine.’
Plotseling voelde ze een koude luchtstroom en zag ze een lading sneeuw op haar af komen. ‘Duiken, vlug, onder tafel.’
Ze zaten net gehurkt onder de stevige houten tafel, toen het pak sneeuw daarop terecht kwam.
Meteen werd het donker.
‘Alex… gaat het?’
‘Ja, ik leef nog.’
‘Hou mijn hand vast… anders raken we elkaar kwijt als er nog een lading komt.’
Ze tastte de grond af naar een sneeuwvrij plekje om te gaan zitten. Haar andere hand vond een koud stuk gebogen glas. Voorzichtig pakte ze het op en voelde het gewicht. ‘Ik heb de fles wijn… van de tafel gerold. Er zit nog in. Hier, neem een slok. Met twee handen vasthouden.’
Na eerst haar borst te hebben beroerd, vond hij de fles op de tast.
‘Sorry, dit is niet mijn gewoonte…’
Ze had iets willen zeggen, maar er kwam een tweede lading sneeuw.
‘Nu vind ik het niet leuk meer…’
‘Sneeuw werkt isolerend. Kom als we dicht tegen elkaar zitten…’
‘Alex, zit jij al?’
Ze hoorde hem zuchten.
‘Niets gebroken?’
Ze voelde zijn arm om haar schouder en zijn wang tegen de hare.
‘We moeten proberen die tafel op te tillen…’
‘Als sneeuwschuiver gebruiken…’
‘Briljant idee, heb je daar nog meer van?’
‘Laten we onze dons jakken zoeken anders vriezen we hier dood.’
Ze zocht de grond af. ‘Ik voel hier een lepel…’
‘Geef maar.’
Alex begon driftig te graven.
‘Als we een paar meter sneeuw…’
‘Hou op, niet praten, spaar je kracht.’
‘Dit schiet niet op.’
Ze klikte de lamp van haar smartphone aan. Het gaf spookachtig licht.
‘Ik hoor iets…’ Ze spitste haar oren en riep: ‘Loupo… hier!’
‘Wat?’
‘De herdershond van Jeremy…’
Zacht gejank kwam als antwoord.
‘Hij zit vast… niet ver van hier.’
Nu riep Alex. Zijn stem was veel luider.
Ze wees naar de plek waar het geluid vandaag kwam. ‘Daar… daar zit hij.’
Alex begon de sneeuw met zijn handen weg te halen. Het gehijg van de hond werd duidelijker.
Na een paar minuten zag ze een hondenneus.
Alex zocht met zijn hand over zijn kop naar een ketting. ‘Ik heb hem bijna.’
Een nieuwe lading sneeuw schoof over hen heen, waardoor ze met tafel en al en stuk verder terecht kwamen.
‘Loupo?’
‘Ik voel die ketting weer… ook de bar is verschoven…’
‘Gaat het?’
‘Gelukt.’
Loupo was los en begon hen enthousiast te likken.
Caroline gaf de hond een knuffel. ‘Loupo zoek Jeremy.’ De hond volgde haar commando op en begon als een gek te graven.
Ze sloot haar ogen toen ze de hond hoorde janken.
‘O, God, is hij…’
‘Ik vrees van wel Alex.’
Met tranen in hun ogen klampten ze zich aan elkaar vast.

Dolblij dat ze het na de uitgraving overleefd hadden werden ze zondagavond laat bij het chalet door de hulptroepen afgeleverd. Alois was in alle staten.
‘We mankeren niets Alois, nog iets gehoord van mijnheer Geoffrey?’
‘Hij komt morgen.’
‘Mooi, nu snakken we naar een warm bad en iets te eten. Een uitsmijter is meer dan voldoende.’
‘Natuurlijk, ik zal daarvoor zorgen.’

Alois had net het helikopterveld sneeuwvrij gemaakt toen ze de heli al hoorde. Ze stootte Alex aan. ‘Vast je vader.’
Ze zag een woedende Geoffrey gebukt uitstappen. ‘Caroline, hoe kon je met dit weer het chalet verlaten… onverantwoordelijk… Alex zou…,’ bulderde hij.
Zonder zijn zoon te groeten, marcheerde hij naar binnen en plofte neer in de grote luie stoel in de hal.
‘Pa, ik ben er toch nog…’
‘Je had dood kunnen zijn en dan had ik geen opvolger.’
Geoffrey keek haar woedend aan. ‘Caroline, ik heb jou zwaar overschat.’
‘Dat pik ik niet. Je bent een vader van niets… jaren bekommer jij je niet om je zoon… je liet mij geloven dat hij een watje is en bovendien wil Alex jou helemaal niet opvolgen.’
‘Eruit!’ Geoffrey wees met zijn vinger naar de deur.
Caroline pakte haar bodywarmer en liep naar buiten.
‘Ik ga ook vader.’
‘Blijf, verdomme… je krijgt anders geen cent.’
Alex botste tegen haar aan en riep: ‘Hou die rotcenten maar.’
Geoffrey stond op en liep hen achterna.
Caroline trok haar bodywarmer dichter om haar lichaam en liep door.
Alex pakte haar bij haar schouder. ‘Caroline… wacht.’
Ze hoorde iets kraken, draaide zich om en zag hoe een grote ijspegel loskwam. Als in een vertraagde film werd Geoffreys hoofd precies doormidden gekliefd. Zijn ogen stonden nog verbaasd Bloed spatte op de sneeuw voordat hij in elkaar zakte. Ze stond aan de grond genageld. ‘O God, had ik maar…’
Alex sloeg een arm om haar heen. ‘Rustig maar… hij heeft toch nooit iets om mij gegeven.’

Nu Geoffrey niet meer de scepter zwaaide, was ze afhankelijk van de grillen van zijn opvolger, Bertrand. Hij vond het maar niets dat een vrouw partner was. Door zijn tegenwerking en ook omdat de pikorde verstoord was, presteerde ze slecht.
Toen iemand interesse toonde voor haar dure flat, hapte ze toe. De oplevering correspondeerde met haar opzegtermijn van twee maanden.
Ze was bezig een lijst te maken van de meubels die ze weg wilde doen, toen de bel ging.
Een bruin verbrande Alex stond voor haar deur. ‘Ik heb je gemist in Verbier.’
‘Zat jij al die tijd in het chalet?’
‘Ja, ik heb vaders deel van dat chalet geërfd. Als hij was blijven leven, had ik niets gekregen… nu…’
‘Wow, blijf je daar wonen?’
‘Ik denk er wel over, maar alleen is niet leuk.’
‘Ik heb nu geen recht meer om daar te komen. Betrand… een ramp na jouw vader.’
‘Dat hoorde ik… maar ik heb een nieuwtje… ik kreeg een contract voor mijn boek.’
‘Mooi. Gefeliciteerd.’
‘Zou jij dat kunnen nakijken?’
‘Dat boek of dat contract?’
Hij keek haar vorsend aan, reikte haar een map aan en begon toen te grinniken.
‘Ga zitten, wil je iets drinken? Veel is er niet meer.’
‘Heb je iets sterks?’
Ze knikte.
‘Lees maar… ik ga wel op zoek naar glazen en de drank.’
Ze was net in het contract verdiept en slaakte een kreet. ‘Nee maar… LAWINE… originele naam.’
Ze draaide het blad om en hield haar adem in. ‘100.000 exemplaren. Geweldig.’
Hij reikte haar een glas aan en hield het omhoog.
Ze stond op en gaf hem spontaan een zoen.
Hij zette de glazen op de lage tafel, pakte haar beet en kuste haar vurig terug.
‘O, hemel Alex…’
‘Dit had ik al veel eerder willen doen. Jij…’
Hij sloeg een arm om haar heen. ‘Wat kijk jij aarzelend.’
‘Dat is het niet, nee, jij…’ Ze kuste hem weer. ‘Maar die herinnering… die ijspegel.’
Hij keek haar met een geheimzinnig lachje aan. ‘Tja, mijn vader… moord was het niet, maar ik heb wel…’
Ze gaf hem een por. ‘Staat in jouw boek een moord met een ijspegel?’
‘Ja, jouw idee. Ik wil mijn succes met een etentje bij la Grange vieren, maar nu zonder lawine.’

RAADSELS ROND HARALD, een stukje van een van mijn nieuwe boeken.

14 Tuesday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ 1 Comment

star-clipper

‘Gaan we nog of wil je dit jaar niet?’
Een duidelijk geïrriteerde Chris stak zijn hoofd om de hoek van zijn kantoor. ‘Marianne, gil niet zo. Natuurlijk gaan we. Ik moet Anneke inwerken. Die nieuwe opdracht…’
Hij wilde zich al weer omdraaien.
‘Oké, ik vroeg het alleen maar. Ik gilde trouwens niet, ik riep je, want je moet je koffer nog inpakken.’ Ik keek demonstratief op mijn horloge. Over anderhalf uur zou de taxi voor de deur staan.
Chris keek mij aan met op elkaar geperste lippen. Hij droeg alweer een nieuw overhemd, hield zijn buik in en zag mij niet meer zitten, althans zo leek het.
Ik liep over het krakende parket het kantoorgedeelte van ons pand uit, sloot de deur met een klap en ging de trap op. Mijn koffer lag al open op de zachtgele sprei van ons brede bed. Die van Chris stond nog op het zoldertje.
Vals neuriënd pakte ik mijn zomerkleren voor onze jaarlijkse mei vakantie. Dit keer zou de zeilcruise met de Starflyer ons rond de Griekse en Turkse eilanden voeren. Zon, een aangename temperatuur en een rustige zee, luidde de weersvoorspelling.
Ik ritste mijn koffer dicht en stond even in dubio of ik Chris’ koffer ook zou pakken. Om gezeur te voorkomen liep ik vlug naar het zoldertje om zijn donkerblauwe koffer te zoeken. Toen ook deze op het bed lag, zocht ik zijn spullen bij elkaar en pakte dit zorgvuldig in. Ik liet de koffer open zodat hij kon zien of ik dit naar wens had gedaan. Een laatste controle bevestigde dat mijn paspoort, de vliegbiljetten naar Rome evenals de vouchers voor transfer naar Civitavecchia in mijn tas zaten. Ik ging de trap af, liep weer naar het kantoor en knikte naar Chris. ‘Je koffer…’
‘Oh, ja, moet nog…’
Ik hield mijn hand op. ‘Heb ik al voor jou gedaan. Kijk maar even of je nog iets…’
Hij rende al weg en kwam even later met de dichte koffers terug. ‘Dank,’ bromde hij.
Op de valreep van ons vertrek legde Anneke vertrouwelijk haar hand op Chris’ arm. ‘Geniet u nu maar van uw reis, mijnheer van Swieten. Maakt u zich geen zorgen. Ik weet wat u van mij verwacht en bovendien kan ik u op het schip bereiken. Italië is niet het andere eind van de wereld en u bent maar een week weg.’
‘Je hebt gelijk Anneke,’ zei Chris en hij keek haar bewonderend aan.
‘Rust u goed uit, dan kunnen we de volgende opdracht met nieuwe energie aan.’
Hij schonk haar een dankbare glimlach en gaf haar een kusje op haar wang. Ik kreeg een stevige handdruk van haar.
De taxi stond net voor de deur toen ik op mijn horloge keek. ‘Prima op tijd, kom Chris, we moeten…’
Hij stapte meteen in terwijl ik stond te kijken of onze koffers wel werden ingeladen. Zodra ik zat zag ik dat hij met zijn mobieltje in de weer war. ‘We boffen met Anneke, wat pikt ze alles snel op en bovendien is ze…’

Ook in de taxi naar Schiphol bleef hij haar ophemelen. Ik luisterde al gauw niet meer en keek nietsziend naar buiten.

De vliegreis verliep prima. Geen kwijtgeraakte koffers op de luchthaven van Rome en de Star Clipper lag aan de kade op ons te wachten.
We zetten onze koffers bij de loopplank. Een bediende bekeek de kofferlabel en knikte goedkeurend toen hij het nummer van onze hut gezien had. Achter Chris liep ik de loopplank op. Op het dek stonden de Filipijnse bedienden al klaar met het traditionele welkomstdrankje. Slap spul. Ik knikte de Filippino vriendelijk toe en pakte uit beleefdheid een aangeboden glas, versierd met een rietje en een parasolletje. Chris nam een slok en trok zijn lippen op. Hij hees zijn broek op en zette zijn glas met een klap op de bar. Hij draaide zich half naar mij.
‘Ik ga het schip verkennen.’ Zonder te vragen of ik mee ging, baande hij zich een weg door de consumerende meute. Ach, ik kende hem, dus trok ik mij hiervan niets meer aan. Ik keek hem na en zag dat zijn licht gele vrijetijdsbroek niet meer strak zat. Vast voor Anneke, fluisterde een klein duiveltje in mijn oor.
Ik bekeek de medepassagiers. Oersaai zo te zien. Al mijn pogingen om een praatje te maken mislukten, want van de monosyllabische antwoorden werd ik niet vrolijker. Ik zou mijzelf moeten amuseren, want Chris ging zoals gewoonlijk weer de hele dag zitten lezen.
Mijn gedachten dwaalden af naar vroeger. Wat was ik toen naïef. Ik leerde Chris kennen op een feestje. Een kersverse ingenieur met lichtjes in zijn ogen, een goed figuur en een vlotte babbel. Hij leek een viriele man die juist aan zijn eerste baan was begonnen. Mijn studie kunstgeschiedenis, dé studie voor een net braaf meisje, had ik nog niet afgerond.
Het streelde mijn ego dat Chris direct veel werk van mij maakte. Hij had al een auto, terwijl ik op een oeroude Solex reed.
Vroegere vriendjes waren fuifnummers. Dolle pret, maar ze hadden weinig geestelijke bagage. Zo niet Chris, hij wist veel, waardoor ik mij nooit in zijn gezelschap verveelde.
Als studente woonde ik thuis, want kamerhuur kon er niet af. Toen Chris al snel vroeg of ik met hem wilde trouwen, zei ik spontaan ja. Was het een vlucht, omdat ik niet meer thuis wilde wonen?
Automatisch pakte ik een van de – met een oosterse glimlach – geserveerde hapjes en mijmerde verder. De opmerking routine kills marriage, spookte door mijn hoofd. Sleur komt sowieso om de hoek kijken, maar ik was vast besloten om van mijn huwelijk een succes te maken. Seks met Chris was niet bijzonder spannend, maar verder had ik niet te klagen. Hij sloeg me niet, respecteerde mij, was nooit krenterig en voor de tweeling was hij een goede vader. Chris vond zichzelf een gemakkelijk mens. Alles was goed, mits het op zijn manier gebeurde… Door mijn ouderwetse opvoeding vond ik het normaal dat de man het voor het zeggen had. Bij het wisselen van zijn banen in en naar het buitenland volgde ik hem braaf.
Fred, de vriendelijke kleine Filippino die ons van vroegere reizen herkende, liep naar mij toe en stak zijn hand uit. ‘Fijn u weer aan boord te zien mevrouw.’
‘Fred, alles goed?’
‘Ja mevrouw. Ik heb er een dochter bijgekregen.’
‘Gefeliciteerd, je had toch al twee zoons?’
‘Goed dat u dat nog weet mevrouw. Wilt u nog een glaasje?’
‘Nee, dank je Fred, ik neem iets sterkers.’
Hij gaf mij een begrijpende knipoog en liep verder met een grote kan om de slappe vruchtencocktail aan de passagiers te slijten. Aan de bar bestelde ik uit balorigheid een sterke Negroni. Terwijl ik keek hoe de barkeeper de drie drankjes mixte, hoorde ik aan het geluid in de haven dat we gingen vertrekken. Ik pakte mijn glas aan en liep nieuwsgierig naar de reling. Daar zag ik dat enkele stevige mannen in overall al bezig waren om de trossen los te gooien, een teken dat iedereen aan boord was. Net wilde ik een slok nemen toen er plotseling een grote zwarte auto met hoge snelheid kwam aanrijden. Hij stopte met piepende banden voor de loopplank. Echt een maffia bak. Mijn herinnering aan de beroving door de maffia in Oost Europa kwam boven en onwillekeurig schoot er een rilling door mij heen.
Geboeid bleef ik kijken. De bemanning stelde zich plotseling erg onderdanig op. De chauffeur opende gedienstig het achterportier. Een slanke man, keurig gekleed in blazer en een lange witte linnen broek, stapte uit. Terwijl het personeel zich haastig om zijn dure bagage bekommerde, liep hij kwiek de loopplank op. Duidelijk een man van de wereld, gewend om bevelen te geven en iemand die ik eerder op een duur mega-jacht verwachtte dan op ons sportieve schip.
Zonder iemand aandacht te schenken volgde de intrigerende man een bediende. Blijkbaar had hij geen behoefte aan het welkomstdrankje, want hij verscheen even later niet op het dek.
Ik voelde aan het trillen van de motoren dat het schip al begon te varen. Tijd genoeg tot het diner, dus eerst mijn koffer uitpakken en iets anders aantrekken. Chris kwam de hut binnen toen ik hiermee net klaar was. Zonder een woord te zeggen trok hij zijn koffer op het bed. Ik liet hem en ging vast haar het dek.
Daar aangekomen, zag ik dat lang niet iedereen de moeite had genomen om zich te verkleden. Ik beheerste mij om nog een Negroni te nemen, maar vroeg een glas water. Hiermee liep ik naar de reling waar de kuststrook steeds kleiner werd.
Klokke half acht klonk de scheepsbel, een teken dat we aan tafel konden gaan.
Veel mensen struinden de eetzaal in of ze uitgehongerd waren. Een kalende kerel stootte mij daarbij nogal ruw, waarbij het laatste restje water net op mijn boezem terecht kwam. Ik zag dat dit een vlek had gemaakt.
‘Mijnheer, kijk wat u gedaan hebt,’ zei ik tamelijk verontwaardigd.
‘O, dat droogt wel weer.’
‘Pummel,’ siste ik en ik kreeg er nog meer de pest in dat we deze reis hadden geboekt. Ik zette mijn lege glas op de bar en bleef daar staan wachten op mijn echtgenoot.
Chris was ook op het geluid van de scheepsbel afgekomen. Hij liep met zijn mobieltje aan zijn oor, keek speurend rond en toen hij mij ontdekt had, brak hij het gesprek gauw af. Ik hoorde hem nog net Anneke zeggen.
‘Zo, sprak je met Anneke? Had ze iets bijzonders te melden?’
Hij bromde een beetje voor zich uit. Blijkbaar liep alles goed, maar om nu al te bellen vond ik een beetje overdreven.
Samen liepen we naar de eetzaal waar de purser ons het menu aanreikte. Zoals we op dit schip gewend waren werd de tafelschikking voor de eerste avond door de gerant geregeld.
‘Hebt u er geen bezwaar tegen om iemand anders bij u aan tafel te krijgen?’ vroeg de man beleefd.
‘Nee hoor, dat is prima, want ik vind het altijd leuk om andere mensen te leren kennen.’
Hij liep voor ons uit naar een van de kleinere tafels voor vier personen en schoof een stoel voor mij achteruit. Even later kwam de gerand terug met onze nieuwe tafelgenoot. Tot mijn verrassing was het de man die op de valreep aan boord was gestapt.
Ik vergat bijna mijn mond dicht te doen toen hij zijn hand uitstak.
‘Fijn dat ik bij u aan tafel mag komen zitten, ik zal me even voorstellen. Harald …’
Hij sprak keurig Oxford-Engels, maar zijn achternaam verstond ik niet omdat iemand met een denderende klap een metalen schaal liet vallen.
Hij draaide zijn hoofd richting kabaal en keek mij met een twinkeling in zijn ogen aan. ‘Ik dacht het lawaai ontvlucht te zijn.’
Harald was uitstekend geconserveerd. In zijn blauwe ogen ontdekte ik een vonk van humor en ik zag nog een vleug lichtblond in zijn grijzende haar. Zijn strakke kin straalde wilskracht uit. Zijn wenkbrauwen die, zoals bij meer mannen die niet zo piep jong meer waren, begonnen op borstels te lijken.
Onze tafelgenoot bleek een voortreffelijke causeur en al gauw merkte ik dat we op dezelfde golflengte zaten. Aan andere tafels werden serieuze gesprekken gevoerd, of at men de lekkere maaltijd in stilte als ware het een plicht. Natuurlijk zag ik de jaloerse blikken van de andere gasten die niet uit hun schulp durfden te kruipen. Benepenheid was niets voor mij en ik genoot van zijn beschaafde Italiaanse uitbundigheid. Van populair gedrag moest ik niets hebben. Harald raakte precies de juiste toon. Bovendien maakte hij geen beledigende opmerkingen over de andere gasten, terwijl ik mij soms wel eens iets liet ontvallen over foute kleding, een slecht figuur of gebrek aan kennis. Zo niet Harald, een volmaakte gentleman.
‘Waar komt u vandaan?’ vroeg ik.
‘Mijn moeder was Italiaanse en mijn vader een Noor.’
Van haar zou hij zijn flamboyante gedrag wel geërfd hebben, dacht ik.
‘Maakte u al vaker een reis met dit schip?’
‘Nee, dit is mijn eerste zeilcruise.’
Hij nam een slok water en veegde zijn fraaie lippen af aan zijn servet. ‘Prachtig schip overigens.’
Ik knikte. ‘Wij hebben al een aantal keren met dit schip of het zusterschip, de Star Flyer gevaren. Fijn dat dit geen drijvend flatgebouw is. Van enorme schepen moeten we niets hebben.’
Harald reageerde niet op mijn opmerking en boog zich over de kaart toen hij de ober naar onze tafel zag komen.
Mijn keuze uit het menu was snel gemaakt. Ik keek of de anderen al zo ver waren en legde het menu op mijn bord. ‘Chris ik ga voor vis.’
‘Ik ook,’ zei Harald, ‘dan bestel ik een witte wijn.’
Chris was niet dol op vis, zodat hij aan de rode wijn ging.
Na het voorgerecht zag ik dat hij al aardig achter de fles had aangezeten.
‘Het kaasplateau ziet er niet spannend uit hoor,’ zei ik een beetje pinnig.
‘Ik hou de rest wel voor morgen,’ zei Chris zuinig.
Toen het gesprek op werk kwam, vertelde onze tafelgenoot een beetje van dit en een beetje van dat te hebben gedaan. Hij bleef daar erg vaag over en wimpelde elke vraag over dit onderwerp met een gracieuze kwinkslag af. Ach, wat maakte het uit wat de man voor zijn broodje deed, Harald was een gezellige, hoffelijke tafelgenoot.
Na de koffie stond Harald op. ‘Kom, ik zoek mijn hut op. Ik heb een drukke week achter de rug. Goede nacht en nog veel dank voor uw gezelschap.’ Met een joviale zwaai liep hij weg.
Ik keek rond en zag dat bijna niemand bleef hangen. De jongelui die voor de animatie moesten zorgen stonden er een beetje verloren bij. Een van de jongere officieren zag mij verbaasd kijken. ‘Ach mevrouw, de eerste avond is meestal voor de jeugd, iets oudere mensen hebben een drukke reis achter de rug. Ik hoop u morgenavond te zien. Goedenacht mevrouw.’

Mensen zijn gewoontedieren, zodat bijna iedereen tijdens het ontbijt weer op dezelfde plek ging zitten. In de eetzaal zag ik Harald al. Hij stak zijn hand op als groet. Nadat ik mijn bestelde gebakken ei en een glas sap van het royale ontbijtbuffet had gepakt, liep ik naar ons tafeltje. ‘Goeden morgen mijnheer, hebt u goed geslapen?’
Harald stond op voordat ik ging zitten. ‘Uitstekend, het deinen van de zee heeft mij heerlijk in slaap gewiegd. En u? Ook uitgerust? Noemt u mij alstublieft Harald.’
‘Graag, ik ben Marianne en mijn man heet Chris. Nederlanders zijn tamelijk snel met het elkaar bij de voornaam noemen, maar ik weet dat men in de zuidelijke landen meer op etiquette is gesteld.’
Harald had net een hap genomen. Met een handgebaar maakte hij duidelijk dat hij dit een beetje ouderwets vond. Chris liep even later automatisch naar dezelfde tafel. Hij bromde iets dat op goeden morgen moest lijken en ontdooide een beetje toen Harald een gesprek met hem begon. Harald wist het nodige over boeken en hij leek veel mensen te kennen. Neen, dom kon ik hem beslist niet noemen. Hij was niet opdringerig en hij pochte nooit met zijn kennis. Alles wat we te horen kregen kwam terloops ter sprake. Met zijn open expressieve gezicht en lichtgrijze haardos leek hij enigszins op de espressoboer, zoals ik George Clooney noemde, maar dan met iets langer haar.
Overdag zat Chris met zijn neus in zijn Economist. Harald en ik lagen rond het zwembad en als we langs een eiland voeren, keken we samen vanaf de reling toe. Af en toe passeerden we een mega jacht, waarop ik dan commentaar gaf. Harald luisterde aandachtig naar mijn verhalen, iets dat Chris al jaren niet meer deed. Verder bleef hij de volmaakte heer. Hij drong zich niet op, was niet handtastelijk of zoenerig. Al gauw keek Chris niet meer van zijn lectuur op als wij samen ergens zaten te kletsen. Hij vond het prima om met rust gelaten te worden en ik genoot van Haralds intense aandacht.

Nog meer verhalen…

06 Monday Mar 2017

Posted by annemarieenters in Uncategorized

≈ Leave a comment

Woordenstroom vond mijn verhaal WAAR BLEEF HENRI? weer goed genoeg om te publiceren. Ik sta daar nu met 13 verhalen op.

http://woordenstroom.org/html/annemarie_enters__13_.html

Recent Posts

  • HET DIERENPENSION
  • Koken met de Franse slag
  • VERHUIZEN NAAR BOYANA
  • EEN ONVERWACHT PAKJE
  • STRIJD

Recent Comments

annemarieenters on Leuke verrassing! NEERGEKNALD…
Femmy Fijten on Leuke verrassing! NEERGEKNALD…
Mijn romantische kor… on Heel Nederland Schrijft beoord…
Mijn romantische kor… on HET INTERVIEW
Mijn romantische kor… on HET SCHOT fragment

Archives

  • February 2022
  • January 2022
  • April 2021
  • November 2020
  • December 2019
  • May 2019
  • April 2019
  • March 2019
  • February 2019
  • January 2019
  • October 2018
  • August 2018
  • July 2018
  • May 2018
  • April 2018
  • March 2018
  • February 2018
  • January 2018
  • December 2017
  • November 2017
  • September 2017
  • August 2017
  • July 2017
  • June 2017
  • May 2017
  • April 2017
  • March 2017
  • February 2017
  • January 2017
  • December 2016
  • November 2016
  • October 2016
  • September 2016
  • August 2016
  • July 2016
  • June 2016
  • May 2016
  • April 2016
  • March 2016
  • February 2016
  • December 2015
  • January 2015
  • May 2014
  • November 2013
  • September 2013
  • February 2013
  • December 2012
  • October 2012

Categories

  • Uncategorized

Meta

  • Register
  • Log in
  • Entries feed
  • Comments feed
  • WordPress.com

Create a free website or blog at WordPress.com.

Privacy & Cookies: This site uses cookies. By continuing to use this website, you agree to their use.
To find out more, including how to control cookies, see here: Cookie Policy
  • Follow Following
    • Annemarie Enters
    • Already have a WordPress.com account? Log in now.
    • Annemarie Enters
    • Customize
    • Follow Following
    • Sign up
    • Log in
    • Report this content
    • View site in Reader
    • Manage subscriptions
    • Collapse this bar
 

Loading Comments...